Figments of my mind

Martin Michael Driessen

Blog

5 maart 2024

Volkskrant 5.3.2024:

‘Het is niet langer toegestaan een dier pijn te doen of bij een dier letsel te veroorzaken, dan wel de gezondheid of het welzijn van het dier te benadelen met als doel het dier op een bepaalde manier te kunnen huisvesten.’ Dit amendement op de Wet Dieren, in 2021 aangenomen door beide Kamers, wordt vrijwel zeker teruggedraaid.

‘In de niet-biologische varkenshouderij worden biggenstaartjes routinematig afgesneden, hoewel dit in de EU sinds 1991! [my exlamation mark] verboden is. Nederland gedoogt deze praktijk echter.’

Hierbij mijn bijdrage.

GUTMENSCH-KALENDER 2022:

“Men gaat er meestal van uit dat ook christelijke partijen in principe tegen het mishandelen van dieren zijn, tenzij natuurlijk om geldelijk gewin. 

Ik zie het somberder in. De bio-industrie die zij verdedigen is een direct gevolg van hun opvatting dat de mens de kroon van de schepping is, en alles daarin ons onderdaan. Om deze fundamentele reden zijn dierenrechten hen een doorn in het oog, want zij beschouwen deze als onverenigbaar met hun lezing van Gods woord.

Het stelselmatig martelen van dieren door christelijke boeren heeft daarom niet alleen een mercantiele maar ook een verontrustende psychologische component. Deze veehouders hebben een diepgewortelde angst te fraterniseren met het dier, vergelijkbaar met die van de vroegere DDR-beambten met de klassenvijand. Het erkennen van de rechten van het dier zou hun onwrikbare wereldorde nog meer bedreigen dan het politiek opportune erkennen van de rechten van vrouwen of homoseksuelen. 

Onlogische, sentimentele uitzonderingen worden alleen gemaakt voor huis- en knuffeldieren, die dan weer wél – in de woorden van de reactionaire schrijver Roger Scruton – onder ons ‘shield of protection’ vallen.

Deze willekeurige voorkeursbehandeling van een paar individuele dieren zorgt voor een soort emotionele absolutie die de gruwelen van legbatterijen, massaveehouding en abattoirs alleen maar bestendigt.

De christelijke lobby van de bio-industrie zal nooit uit overtuiging meewerken aan het verlichten van dierenleed.”

*

KUNSTWERKEN MET EEN BIJZONDERE ONTSTAANSGESCHIEDENIS

TOESTAND VAN GENADE: COLERIDGE EN WAGNER

Het beroemdste voorbeeld is ‘Kubla Khan, or A Vision in a Dream’. Samuel Taylor Coleridge schreef het in een opiumroes in één ruk neer; dat wil zeggen, tot aan de verzen ‘For he on honey-dew hath fed / And drunk the milk of Paradise’ want op dat moment klopte er iemand aan zijn deur, het visioen vervloog en hij heeft zijn gedicht nooit kunnen voltooien.

Richard Wagner meende tijdens het werk aan zijn baanbrekend moderne opera Der fliegende Holländer dat hij het koor ‘Steuermann, halt die Wacht’ reeds gecomponeerd had maar dat de notenbladen even zoek waren geraakt; hij ging aan de piano zitten en schreef het, zoals hij dacht, uit zijn geheugen nogmaals op. Maar het was nieuw! Hij hád dit stuk nog helemaal niet geschreven… 

DE LANGE WEG: WAGNER EN MANN

Diezelfde Wagner schiep grote delen van zijn ‘Ring’ achterstevoren: na ‘Siegfrieds Tod’ werkte hij via de jonge Siegfried terug naar ‘Die Walküre’ en van daaruit steeds verder terug, tot aan het begin van ‘Das Rheingold’.

Thomas Mann liet zijn ‘Felix Krull’ veertig jaar rusten om daarna, op het hetzelfde ruitjespapier als destijds, de voortzetting weer op te pakken: ‘Het was alsof ik de roman pas gisteren even terzijde had gelegd, vanwege andere opgaven; links boven op de laatste bladzijde stond een woord als  ‘geweest’ of ‘gehad’; ik knoopte probleemloos aan en schreef verder waar ik was gebleven.’

In zijn verhaal ‘Schwere Stunde’ beschrijft Mann hoe Friedrich Schiller jarenlang worstelt met zijn toneelstuk Wallenstein: 

‘Und es wurde fertig, das Leidenswerk. Es wurde vielleicht nicht gut, aber es wurde fertig. Und als es fertig war, siehe, da war es auch gut.‘

Zonder me met deze grootheden te willen vergelijken: hier een vergelijkbaar voorbeeld uit mijn eigen productie, namelijk het eerder genoemde ‘Het heilige water’.  

Een oud bedelaarsechtpaar. Beide zijn sinds tientallen jaren blind en hebben elkaar alleen gezien in de bloei van hun jeugd. Ze verkeren in de waan dat ze nog steeds het mooiste paar ooit zijn. Door een wonder krijgen ze hun zicht terug, met catastrofale gevolgen: ze zien elkaar zoals ze werkelijk zijn en reageren met afgrijzen. Ze smeken god weer blind te mogen zijn. 

Dit specifieke thema heeft in ruimte en tijd en qua talen een behoorlijk lange reis achter de rug: van Ierse volkslegende tot Engels toneelstuk tot Duits toneelstuk tot Nederlandse novelle.

Het gaat om een oud Keltisch volksverhaal; John Millington Synge, 1871-1909,  maakte er een Engels toneelstuk van, The Well of the Saints, opgevoerd aan het Abbey Theatre te Dublin. Dertig jaar geleden vertaalde ik het in het Duits (als Die Quelle der Heiligen) omdat ik het als regisseur op de planken wilde brengen, wat me helaas niet is gelukt.

In 2018 schreef ik de Nederlandse novelle Het heilige water, waarin de handeling van Ierland naar Polen verplaatst is, en die tekst is nu weer in het Engels vertaald... 
The truth will out.

Als eerbetoon aan de Ierse oorsprong koos ik als motto van W.B. Yeats:

Only God could love you for yourself alone
And not your yellow hair.

‘Weet u dat zeker?’ vroeg de jonge man. ‘Zou u echt weer willen zien?’
‘Natuurlijk. We zijn het mooiste paar van Polen, dat weet iedereen, maar we hebben elkaar niet meer gezien sinds we jong waren…’
‘Ik ben het, Thomas. Ik wil dat je me eindelijk weer ziet!’
Hij opende gehoorzaam zijn ogen.
Boven hem, scherp afgetekend tegen de blauwe hemel, stond een verschrompelde oude wijvenkop: dunne haren kleefden eraan als grijs dons aan een ei, er zaten korsten op de afstaande oren, maar het gruwelijkst was de hoopvolle grijns die heel het gezicht tot rimpels en plooien vervormde en een rij scheve gele tanden toonde. Haar ogen waren star en als van hoorn, de pupillen zwarte punten.
‘Thomas?’ vroeg zij.

15 februari 2024

FILMS EN BOEKEN WAARIN EEN VAN DE ZINTUIGEN CENTRAAL STAAT

In ‘De koerier van de Tsaar’ van Jules Verne wordt Michael Strogoff door de wrede Tataren blind gemaakt doordat ze de withete kling van een zwaard over zijn ogen halen. Later blijkt echter dat hun diabolische opzet is mislukt: op het cruciale moment dacht hij aan zijn oude moedertje, tranen welden op in zijn ogen en beschermden het netvlies… (Toen ik als kind deze onvergetelijke passage las probeerde ik zelf te huilen door aan mijn moeder te denken, maar dat lukte niet.)

Olfactorisch: de klassieker is natuurlijk ‘Das Parfum’ van Patrick Süsskind.

Tactiel: de debuutroman van Andrew Miller ‘Ingenious Pain’ (1998). Speelt in de achttiende eeuw. De hoofdpersoon is niet in staat fysieke pijn te ervaren. 

Visueel: ‘Blind Fury’ (1989). Rutger Hauer speelt een Amerikaanse soldaat die zwaargewond raakt tijdens de oorlog in Vietnam. Hij wordt gered en verzorgd door een inheemse stam maar blijkt voorgoed blind. Van de zwaardmeester van het dorp leert hij om blind te vechten met zijn blindenstok als samoeraizwaard. Terug in de States rekent hij af met de maffia.   

Auditief: de film ‘Le chant du loup’ (2019). Een jongeman heeft een dermate onfeilbaar gehoor dat hij carrière maakt als sonaroperator aan boord van een atoomonderzeeër. Bij de ontsnapping uit het wrak van een gezonken duikboot barsten zijn trommelvliezen en hij is voortaan doof. Met een prachtige love story: zijn vriendin probeert hem vaak van achteren te benaderen en te omhelzen, maar hij hoort haar elke keer aankomen en pakt haar polsen voordat ze hem kan omarmen. Als hij doof is lukt het haar wel, en ze krijgen elkaar.  

Ik heb zelf ook een verhaal in dit genre geschreven: ‘Het heilige water’ (‘Mijn eerste moord’, 2018). 

Een oud bedelaarsechtpaar. Beide zijn sinds tientallen jaren blind en hebben elkaar alleen gezien in de bloei van hun jeugd. Ze verkeren in de waan dat ze nog steeds het mooiste paar ooit zijn. Door een wonder krijgen ze hun zicht terug, met catastrofale gevolgen: ze zien elkaar zoals ze werkelijk zijn en reageren met afgrijzen. Ze smeken god weer blind te mogen zijn.


*

HET WOORD ‘WOKE’

Ik neem hier geen stelling over ethiek, alleen over het woord an sich. Ik vind het een neerbuigende, polariserende en stigmatiserende term: ‘woke’ betekent ‘ontwaakt’, en dat impliceert dat andersdenkenden niet bij bewustzijn zijn maar in een toestand van slaap, coma of verdoving zouden verkeren.
Men claimt ermee dat alleen wie ‘woke’ is recht van spreken heeft. Alleen wie ‘woke’ is heeft het licht gezien en onderkent wat waarheid en rechtvaardigheid is, de rest verkeert nog in abjecte duisternis.

‘Awake!’ en ‘Ontwaakt!’ heten Amerikaanse/Nederlandse tijdschriften van de Jehova’s Getuigen.

Geen wonder, dat ook totalitaire ideologieën zich van exact dezelfde leuze bedienden –  
Het communisme: Ontwaakt, verworpenen der aarde!
Het nationaalsocialisme: Deutschland, Erwache! 

Men bevindt zich ongewild in het slechtst denkbare gezelschap. Geen gelukkige keuze dus.

 

*

DE TAAL VAN DE POLITIEK

‘From the power of principles towards principles and power’.

Titel  van de Churchill-Lezing waarmee Mark Rutte in 2019 solliciteerde naar een Europese topbaan.

Een glibberig semantisch gedrochtje dat je hebt geslikt eer je het weet.

Lees de parallelle constructie: ‘van de macht der liefde naar liefde en macht’ en je ziet meteen hoe doortrapt de woordkeuze is.     

10 februari 2024

Ik lees uit principe nooit verder als een column met het woord ‘ik’ begint - en nu dit. 
Oscar citeerde aan het begin van onze samenwerking de wijze woorden ‘Verborgen zijn is heerlijk, niet gevonden worden een ramp’. Dit naar aanleiding van het feit dat ik in de media nagenoeg onzichtbaar ben, afgezien van wat kortstondige reuring rond de publicatie van een nieuw boek. Niet verstandig, vindt hij.

Blog is afgeleid van weblog. Log en het daarvan afgeleide woord logboek zijn nautische termen: snelheidsmeter voor zeegaande schepen geijkt in knopen oftewel zeemijlen. Ik heb mezelf altijd eerder als zeegaand schip [liefst slagkruiser, tenminste als kustvaarder] gezien dan als Nederlands binnenvaartschip.
Bovendien impliceert de term iets nuchters: het gaat om positiebepalingen en gebeurtenissen, niet om de gevoelens van de kapitein; dat komt mij tegemoet.


*

NEWTON

Mijn favoriete anekdote: N. bleef ’s ochtends soms lang op de rand van zijn bed zitten, verlamd door de talloze nieuwe ideeën die op hem instormden zodra hij ontwaakte.
Als ik op de rand van mijn bed blijf zitten, is dat meestal omdat ik geen zin heb mijn hond uit te laten.

Desalniettemin heb ook ik veel ingevingen, plannen en observaties die waarschijnlijk nooit hun neerslag zullen vinden in de geheiligde romanvorm. Soms houd ik die als notitie vast op smalle papierstrookjes maar vaak vergeet ik ze weer, net als mijn dromen. [Zie ook hieronder: ‘Over de kunst van het droomherinneren’.]

Ik ga een tijdlang pogen deze secundaire productie, these figments of my mind, in dit blog te registreren. Zodra ik iemand verveel houd ik er weer mee op. Het zal gaan om verhaaltjes die ik als te licht bevonden heb om in druk te laten verschijnen; om aforismen die ik nergens kwijt kan; om lijstjes; en om gruwelijke onthullingen.


*


LIJSTJES

Ze interesseren me niet erg. Ik ben niet anaal gefixeerd. Ik houd er twee bij omdat ik ze nooit elders zag en iemand moet het doen, zoals David in ‘God Knows’ van Joseph Heller over het beffen opmerkt.

Het eerste betreft woorden die in onze taal vrijwel altijd in een vaste koppeling voorkomen: puissant – rijk/ welig – tieren/veeg – teken/ teerling - geworpen.
Ik ken tientallen voorbeelden maar maak geen aanstalten (die je alleen maar kunt maken) om volledig te zijn – een kniesoor/ die daarop

Het tweede is poëtischer en betreft de combinatie van lichaamsdelen en geografische termen.

Landtong. De navel van de wereld. Rivierarm. Bergrug. De voet van de berg. De monding van de rivier.
In het Engels heb je: the shoulder of the hill. The neck of the woods. Headland, heartland.

Talsohle is een mooi Duits woord. Ik houd me aanbevolen.

[Erg interessant ook, de verbale interactie van lichaamsdelen. Prachtig is het Engelse the heel of your hand. Onovertroffen zoals altijd Heinrich von Kleist, met: ‘Auf den Knieen meines Herzens.’]

[Wie door deze woorden niet ontroerd wordt kan beter ophouden dit blog te lezen.]


*

EEN VERHAALTJE

Thematisch hoort het bij de ‘Dodendansjes’ in deze bundel (2018):

Heb het pas net geschreven, weet ook niet of ik het destijds opgenomen zou hebben, maar misschien toch leuk:


DE AGENDA

Het gebeurt niet vaak dat men zomaar een nieuwe, ongebruikte agenda voor een volgend jaar op straat vindt. Deze lag op een bank in het park waar ze haar hond uitliet: een smal, zwart boekje met een bladzijde voor elke week. De data waren in rode cijfers gedrukt. Het merk VERNANDA kende ze niet. Ze vond het een sympathiek dingetje en nam het mee om te zijner tijd in gebruik te nemen – dat zou pas over vier jaar zijn, in 1989, want het volgende nieuwe jaar was 1986. Ze wist helemaal niet, dat men agenda’s of kalenders zo ver vooruit drukte.

Toen het jaar 1989 aanbrak merkte ze dat hij toch niet helemaal onbeschreven was: er stond één enkele notitie in, met blauw potlood, op 19 februari: ‘Ecke Römerstrasse/Beyerstrasse. 15 Uhr.’

Dat intrigeerde haar dermate dat ze zich voornam op het bewuste tijdstip ter plekke te zijn, temeer daar de woorden geschreven waren in het Sütterlin handschrift, dat al bijna een halve eeuw niet meer in gebruik was.

Haar hond begreep niet waarom ze zo lang op die straathoek bleef staan, temeer daar aan de overzijde een veelbelovend plantsoen lag. Ze leunde tegen het traliewerk dat een standbeeld van Bismarck omgaf en keek om zich heen. Er gebeurde weinig. Trams, auto’s, fietsers en voetgangers passeerden. Opeens bleven mensen staan en keken en wezen naar boven. Hoog boven de torenspits van het Ulmer Münster zweefde een zeppelin, glanzend in de stralen van de winterzon. Een tram ratelde met veel kabaal de bocht in.

‘20 februari 1989. Gisterenmiddag ontspoorde een tramstel van lijn 4 op de Römerstrasse en ramde vervolgens het Bismarckmonument op de hoek met de Beyerstrasse. Daarbij raakte een vrouw dodelijk gewond; zij overleed op weg naar het ziekenhuis. De bestuurder en de inzittenden van de tram bleven ongedeerd.’